zaterdag 23 januari 2016

David Bowie: gevangen in zijn rollen

Nadat ik mijn vorige blog had geschreven, verscheen in De Volkskrant op 16 januari een artikel van filosoof Frank Meesters over het leven en werk van deze moderne artiest.

Interessant daarin is de typering die hij geeft van Bowie. Hij wilde koste wat het kost beroemd worden. En deed daar alles voor. Toen het Bowie niet lukte om beroemd te worden met zijn muziek, bedacht zijn vader, een PR-medewerker, een andere manier om de aandacht op hem te vestigen. Hij richtte het Genootschap ter Voorkoming van Wreedheid tegen Langharige Mannen op. Bowie, toen lang haar dragend, werd al snel uitgenodigd bij de BBC om zijn verhaal te kunnen doen. Toen hij enkele jaren later gevestigd was als muzikant knipte hij zijn haren af en liet ze rood verven, zijn nieuwe personage.

Een ander gegeven was wat Bowie zong in een van zijn nummers "I never lost control". Ik heb de controle nooit verloren. Hij hield de schijn op dat hij totale controle had over zijn leven. En zelfs over zijn naderende dood: niemand wist het en de zaterdag voor zijn dood bracht hij een nieuw album uit met allerlei toespelingen op zijn naderende einde. Zelfs het einde lijkt geregisseerd.

Een deel van zijn populariteit en zijn rolmodel voor in ieder geval twee generaties, is te vinden in dat laatste. Want wij leren tegenwoordig dag we rollen spelen. En we zoeken ernaar om onszelf een bruikbaar image te geven die een bepaalde rol versterkt. Sociale media versterken die neiging. Zijn we echt onszelf of maken we onszelf? 

Bowie was natuurlijk het schoolvoorbeeld van rolwisseling. De schrijver verhaalt hoe hij door de platen van zijn oudere broer veel albums van Bowie tegenkwam. En gefascineerd werd door de verscheidenheid van personages die hij tegenkwam. Waar andere muzikanten artiest werden door hun muziek, werd Bowie de artiest door het totaalaanbod. Zijn muziek en persoonlijkheid (de rol die hij speelde) maakten hem tot de totale artiest. Vandaar ook dat hij als een van de weinige artiesten succesvol was als acteur. 

Een van de laatste acties van Bowie was het uitbrengen van een musical "Lazarus". De regisseur, Ivo van Hove, was op de hoogte van Bowies naderende einde. Hij vertelde dat Bowie zich, nadat hij wist dat hij kanker had, krampachtig vastklampte aan het leven. Naast de musical en het nieuwe album Blackstar had hij alweer vijf nieuwe nummers opgenomen voor een nieuw album. Interessante conclusie van de filosofische schrijver was dat Bowie "slechts de schijn van totale beheersing kon wekken, maar die nooit daadwerkelijk had. Waarschijnlijk was zijn beste en meest constante personage de Bowie die de indruk wist te wekken altijd controle te hebben. Daarin was hij zo goed dat zelfs zijn eigen dood door hemzelf geregeld leek."

Wat mij het meest raakte was de conclusie dat als wij ons vergelijken met Bowie, met al onze rollen die wij onszelf opleggen in deze wereld, je uiteindelijk komt op de onvermijdelijke existentiële vraag: wie ben ik echt? "Ook wij raken verknoopt in de verschillende rollen die we spelen. De verplichting om je eigenleven vorm te geven, geeft juist geen controle, maar stress en een gevoel van controleverlies, terwijl we voor de buitenwereld blijven pretenderen alles in de hand te hebben."

Geen opmerkingen:

Een reactie posten